Kraamtijd
Onze taak houdt niet op na het begeleiden van je zwangerschap en bevalling. Ook nu zijn we er voor je om je helpen met deze bijzondere eerste periode. De kraamverzorgster is tijdens de kraamweek dagelijks aanwezig om jullie te helpen en te ondersteunen met allerlei zaken en wij komen om de dag bij jullie op huisbezoek. We willen graag weten hoe het met jullie kindje en de voeding (borst- of flesvoeding) gaat. Ook willen we weten hoe het met jou gaat; zowel lichamelijk als emotioneel. We bespreken de controles die de kraamverzorgende heeft gedaan en zullen indien nodig actie ondernemen.
In deze periode komt er veel op je af en kun je best overvallen worden door de nieuwe situatie. Fijn om je alvast voor te bereiden op allerlei zaken. Op deze pagina lees je meer over de geboorteaangifte, kraamzorg, de hielprik, de keuze voor borst- of flesvoeding en uitdagingen die zich voor kunnen doen in de kraamtijd (en hoe daar op in te spelen!).
Geboorteaangifte
Elk kind dat in Nederland wordt geboren moet binnen drie werkdagen worden aangegeven. Dit moet in de gemeente waarin je kindje is geboren. Als de 3e dag na de geboorte een zaterdag, zondag of feestdag is, dan kan je de geboorteaangifte de eerstvolgende werkdag doen. In sommige gemeentes is het mogelijk om digitaal aangifte te doen. Meer over de geboorteaangifte en over het ouderlijk gezag lees je hier.
Kraamzorg
Kraamzorg is er voor om jou en je partner te helpen en adviseren tijdens de kraamweek. De kraamverzorgende zal iedere dag een aantal controles bij jou en je baby uitvoeren. Tijdens ons bezoek bespreken we deze controles en indien er problemen zijn, zullen we samen op zoek gaan naar een oplossing. Bij de baby wordt het gewicht, de temperatuur, aantal voedingen en poep- en plasluiers gemeten of beoordeeld. Ook is de kleur van de baby belangrijk. De meeste baby’s zullen de eerste dagen een gele huid krijgen. Dit is een normaal verschijnsel en komt doordat de lever van de baby nog onvoldoende ontwikkeld is om een bepaalde stof in het bloed goed af te breken, bilirubine. Mocht de baby te geel zijn, dan zal er wat bloed afgenomen worden in het laboratorium om de hoogte van deze stof te bepalen. Vanzelfsprekend zullen we dit dan goed met jullie bespreken en afwegen.
Het is van belang tijdig kraamzorg te regelen! Dit dien je zelf aan te vragen. Dit kan direct bij een organisatie naar keuze of via je zorgverzekeraar. Een overzicht van kraamzorgorganisaties in onze regio vind je hier.
Hielprik en gehoorscreening
De hielprik is een kleine prik in het hakje van de baby, waardoor een aantal druppels bloed kunnen worden afgenomen. Dit bloed wordt dan onderzocht op een aantal zeldzame, maar ernstige ziektes. In de meeste gevallen geldt dat hoe eerder de ziekte wordt opgespoord, hoe beter het te behandelen is. De uitslag volgt later per post. Een opsomming van alle aandoeningen die de hielprik kan opsporen lees je hier.
Als de verpleegkundige van JGZ langskomt voor de hielprik, wordt ook de gehoortest gedaan. Ook hiervoor geldt: hoe sneller een slecht gehoor wordt ontdekt, des te sneller kan het behandeld worden. Bij de gehoortest krijgt de baby een zacht dopje in het oor. Hierdoor klinkt een zacht ratelend geluid. Dit doet geen pijn. De uitslag van de gehoortest is direct bekend.
Wanneer jullie baby is aangegeven bij de gemeente dan wordt automatisch een verpleegkundige van JGZ ingelicht om op de vijfde dag na de geboorte een hielprik en gehoortest te komen doen. Hiervoor wordt geen afspraak gemaakt. Deze testen zijn uiteraard niet verplicht, dus wanneer jullie liever niet willen dat deze onderzoeken worden gedaan, dan kunnen jullie dit aangeven.
Keuze voor voeding
Wereldwijd wordt borstvoeding aangeraden. Maar waarom? Meer en meer wordt in onderzoeken bevestigd dat kinderen die borstvoeding hebben gehad een kleinere kans hebben op veel gezondheidsproblemen. Het gaat hierbij onder andere om minder kans op overgewicht, hoge bloeddruk, infecties aan het maag-darmkanaal, middenoorontsteking, astma, eczeem, diabetes, leukemie, atopie en ziekte van Crohn. Ook zijn er aanwijzingen dat borstvoeding goed is voor de hersenontwikkeling en zich motorisch beter ontwikkelen. Je baby profiteert hiervan optimaal als hij of zij 6 maanden borstvoeding krijgt, maar elke druppel telt. Écht! Dus ook wanneer je het besluit korter te geven.
Ook heeft borstvoeding voor jezelf voordelen. Met borstvoeding herstel je over het algemeen sneller van de zwangerschap en bevalling. Ook bereik je sneller je ‘oude’ gewicht van voor de zwangerschap: met borstvoeding verbrandt je zo’n 500 kcal per dag! Topsport dus. Naast een sneller herstel van je lichaam heb je minder kans op borst-, baarmoeder- en eierstokkanker en ook op botontkalking.
Daarnaast zijn er ook praktische redenen te noemen: Het is namelijk gratis, altijd op temperatuur en bij de hand. Natuurlijk moet borstvoeding bij je passen en moet je het niet geven als je zelf niet achter deze keuze staat. Twijfel je?
Stoppen kan altijd, beginnen niet.
Uitdagingen in de kraamtijd
De kraamtijd is een periode van herstel van je zwangerschap en de bevalling. Geef je lichaam de rust en de kans hiervoor.
Het kraambed is soms niet alleen maar een roze wolk: je kunt te maken krijgen met bepaalde ongemakken. Ook is het even wennen aan het nieuwe leven zo met de baby. Het is echt oké als je niet meteen de oude bent en huildagen horen er ook soms bij. Geef je tranen dan even de vrije loop.
Bloedverlies
Bloedverlies na de bevalling is heel normaal. Dit is afkomstig uit de baarmoeder, waar een wond zit van de placenta. Dit bloedverlies kan meer zijn dan bij een heftige menstruatie, zeker de eerste dag na de bevalling. Het is normaal dat, wanneer je beweegt of als je je omdraait in bed, je een stroompje bloed voelt lopen. Soms kun je zelfs stolsels verliezen. Ook dit is normaal en daar hoef je je geen zorgen om te maken. Ga je echter veel bloed verliezen (het blijft maar stromen of er komen een aantal flinke stolsels) en heb je in een kwartier twee grote kraamverbanden helemaal doordrenkt: neem dan contact met ons op. Neem ook contact met ons op als je duizelig of niet lekker wordt van te ruim bloedverlies. Na de bevalling kan het zijn dat je geen aandrang voelt om te plassen, terwijl je blaas wel vol zit. Ga daarom regelmatig plassen, bijvoorbeeld voor iedere voeding. Een lege blaas zorgt ervoor dat de baarmoeder beter kan samentrekken waardoor het bloedverlies ook minder wordt. Het bloedverlies wordt in de loop van de dagen steeds minder. Vaak neemt het bloedverlies vanaf de tiende dag weer iets toe, meestal veroorzaakt doordat u steeds meer gaat doen. Het bloedverlies verandert van rood naar bruin naar gelig en kan tot zes weken na de bevalling aanwezig zijn. Ga de eerste zes weken niet zwemmen en gebruik geen tampons.
Naweeën
Een ‘nawee’ is het samentrekken van de baarmoeder waardoor deze weer kan krimpen tot het formaat van voor de zwangerschap.
Sommige vrouwen hebben er veel last van, anderen helemaal niet. Paracetamol kan verlichting geven.
Koorts bij moeder
Koorts kan verschillende oorzaken hebben zoals stuwing van de borsten, blaasontsteking of bijvoorbeeld een borstontsteking. Neem bij een temperatuur van >38°C altijd contact met ons op!
Koorts bij de baby
Een normale temperatuur van de baby ligt tussen 36,5°C en 37,5°C. Wanneer een kindje ondertemperatuur of een te hoge temperatuur heeft, is het belangrijk om warme toe te voegen of weg te halen. Meet na 30-60 minuten de temperatuur normaals. Valt de temperatuur niet dan binnen de normaalwaarde: neem contact met ons op! Let op: maak je je eerder zorgen om je baby omdat deze een zieke indruk maakt: wacht niet met bellen en bel ons direct.
Geelzien/geelzucht bij de baby (icterus)
De meeste baby’s hebben een roze lichaamskleur. Soms kan je kindje in de eerste dagen na de bevalling een gelige huidskleur ontwikkelen. Mijn baby ziet geel, en nu? Meestal is geelzucht bij een baby geen reden tot ongerustheid. Tijdens je zwangerschap voerde jij de afvalstoffen van je kindje af. Nu moet je kindje dat zelf doen. Dat doet hij of zij door te poepen en plassen. Maar om dat goed te kunnen moet hij of zij eerst goed drinken en zichtzelf goed op temperatuur houden. Soms strookt het ergens en gaat je kindje geelzien. Geelzien is geen directe reden tot zorg, maar wel een alarmsignaal. Kijk of er ook andere alarmsignalen zijn, zoals: slecht drinken, slecht poepen en/of plassen, sufheid (dit is wat anders dan ‘ontspannen’ zijn) en gewichtsverlies of weinig gewichtstoename. Kijk eens op deze website voor meer informatie. Neem contact met ons op wanneer deze alarmsignalen zich voordoen en/of wanneer je bezorgd bent.
Plassen
Na de bevalling kan het zijn dat je geen aandrang voelt om te plassen, terwijl je blaas wel vol zit. Ga daarom regelmatig plassen, bijvoorbeeld voor iedere voeding. Een lege blaas zorgt ervoor dat de baarmoeder beter kan samentrekken waardoor het bloedverlies ook minder wordt. Als je zes uur na de bevalling nog niet hebt geplast, dien je contact met ons op te nemen.
Blaasontsteking
In het kraambed ben je gevoelig voor ontstekingen en infecties. Mocht je tijdens de bevalling gekatheteriseerd zijn (blaas is middels een slangetje leeg gemaakt), dan heb je een verhoogde kans op een blaasontsteking. Een blaasontsteking in het kraambed kan vrijwel zonder klachten verlopen. Vaak is de enige klacht ‘koorts’ en ‘een zeurende lage buikpijn’. Mocht je één van deze klachten hebben, lever dan (ochtend-)urine in bij de huisarts om te controleren of je een blaasontsteking hebt.
Hechtingen
Wanneer je hechtingen hebt, kan dit ongemak geven. Het is belangrijk de hechtingen goed schoon te houden, door te spoelen met water (geen zeep). Spoel ook tijdens het plassen, want de urine kan een branderig gevoel geven. Verwissel het kraamverband regelmatig. Het is ook goed om de wond aan de lucht bloot te laten drogen en dus regelmatig zonder ondergoed, op een matje, in bed te liggen. De kraamverzorgster controleert iedere dag de hechtingen, zo nodig controleren wij ze ook tijdens één van onze visites. Tegenwoordig wordt er oplosbaar hechtmateriaal gebruikt en hoeven hechtingen er niet uitgehaald te worden. Soms kunnen de hechtingen hevige pijnklachten geven. In dat geval kunnen wij deze vanaf de zesde dag na de bevalling verwijderen.
Stuwing
In de eerste week kunnen door de toegenomen doorbloeding van de borsten en de aanmaak van borstvoeding de borsten zwaar en gespannen zijn: stuwing. Stuwing ontstaat meestal op de derde of vierde dag van het kraambed. Stuwing is het groter worden van de borsten door een toename van de bloedstroom en/of van de melkproductie. Het vraag en aanbod van de voeding moet nog in evenwicht komen en het zal zich dan ook in vanzelf herstellen. Iedere kraamvrouw kan stuwing krijgen, ook als je flesvoeding geeft. De borsten voelen pijnlijk, strak en gespannen aan. Soms is er sprake van een lichte temperatuurverhoging tot 38°C. Word je temperatuur hoger dan 38°C, neem dan altijd contact met ons.
Tepelkloven
De eerste dagen hebben bijna alle kraamvrouwen die borstvoeding geven last van gevoelige tepels. Door de zuigkracht van jullie kindje aan de tepel, kunnen kleine scheurtjes in de tepel ontstaan. Het niet goed aanleggen van de baby is één van de belangrijkste oorzaken van tepelkloven. Het eerste aanzuigen van de baby mag pijnlijk zijn, daarna moet de pijn verdwijnen. Mocht het drinken pijnlijk blijven, dan moet de baby opnieuw worden aangelegd. Wanneer je kloven hebt, kunt je na het voeden een druppel borstvoeding over uw tepel uitsmeren en dit dan aan de lucht te laten drogen, ter bevordering van de wondgenezing. Ook zijn er crèmes ter bevordering van de genezing.
Spruw
Soms worden pijnlijke tepels en tepelkloven mede door een schimmel veroorzaakt: een spruw-infectie. Bij een spruwinfectie ziet de tepel er vaak glanzend en rood uit. De tepel is pijnlijk, deze pijn wordt vaak als brandend en prikkend omschreven. Bij het opnieuw aanleggen verdwijnt de pijn niet.
Je kindje gaat vaak slechter drinken, laat tijdens het drinken de borst vaak los en heeft meestal witte plekjes in de mond (die met een glaasje niet weggeveegd kunnen worden). Spruw is ongevaarlijk, maar wel pijnlijk en lastig; want moeder en kind kunnen elkaar blijven besmetten. Bij spruw moeten zowel moeder als kind behandeld worden, als je borstvoeding geeft, met een kuur van de huisarts. Ook als jullie kindje flesvoeding krijgt kan hij of zij spruw krijgen.
Borstontsteking
Veelal helpt het om je borsten één a twee keer per dag geheel leeg te kolven. Ook paracetamol of (kortdurend) ibuprofen kan verlichting bieden en ontstekingsremmend werken. Blijft de koorts aanhouden of doorstijgen: regel dan via je huisarts antibiotica.
Ontlasting
Ontlasting komt meestal enkele dagen na de bevalling weer op gang. Zorg dat je voldoende (minimaal twee liter) water of thee drinkt en dat je vezelrijk eet zodat je ontlasting soepel blijft.
Aambeien
Aambeien zijn uitstulpingen van bloedvaten bij de anus. Ze kunnen zijn ontstaan in de zwangerschap of door het persen tijdens de bevalling. Aambeien kunnen zowel inwendig als uitwendig aanwezig zijn en ontstaan soms pas paar dagen na de bevalling. Aambeien zijn vaak erg pijnlijk, kunnen jeuken, irriteren en soms bloeden. Zorg dat u voldoende (minimaal twee liter) water of thee drinkt en dat je vezelrijk eet zodat je ontlasting soepel blijft.
Dit is belangrijk omdat persen de klachten kan verergeren, dus probeer de ontlasting goed soepel te houden. De meeste aambeien gaan na de bevalling vanzelf weg, maar dit heeft tijd nodig.
Bekkenklachten
Bekkenklachten zijn na een bevalling meestal niet ineens voorbij. Al verdwijnen langzamerhand de zwangerschapshormonen die de oorzaak waren voor het weker worden van het bekken, het duurt vaak een tijd voordat de verbindingen tussen de bekkenbeenderen hun oude stevigheid terug hebben. Er ontstaat een andere belasting op het bekken en op de rug, doordat de grote buik nu verdwenen is, maar ook doordat je nu je kind draagt en optilt. Het is nodig een evenwicht te vinden tussen rust en belasting. Bij teveel rusten worden de spieren slapper, terwijl u de steun van de spieren juist extra nodig heeft. Door te grote belasting echter heeft het bekken geen tijd om te herstellen en zullen de pijnklachten toenemen.
Een goede balans is dus essentieel! Meer informatie vindt je hier.
Bekkenbodem
Na een zwangerschap en bevalling zijn de spieren van je bekkenbodem verslapt. Het is aan te raden om aan het eind van je kraambed te beginnen met bekkenbodemspieroefeningen zodat je bekkenbodem weer sterk wordt. Dit heeft een positief effect op incontinentie- en verzakkingsklachten op latere leeftijd. Probeer de oefeningen een aantal keren per dag te herhalen. Meer informatie vind je hier en op deze pagina kun je een bekkenbodemcheck doen.
Sporten
Als je net bevallen bent, denk je meestal nog niet meteen aan sporten. Waar je in ieder geval in het kraambed mee kunt beginnen is het trainen van de bekkenbodemspieren, zoals hierboven beschreven. Als je van plan bent om buikspieroefeningen te gaan doen, wacht dan tot zes weken na de bevalling met het trainen van de rechte buikspieren. Mocht je willen gaan zwemmen, dan is het advies om te wachten tot het bloedverlies volledig gestopt is. Sporten kun je geleidelijk weer gaan oppakken, zodra je je er klaar voor voelt. Bouw het rustig op en luister naar je lichaam.
Huilen van een baby: Hoe ga je hiermee om en wat is normaal?
Huilen… het is één van de weinige manieren hoe een kindje zich uit kan drukken. Je kindje vertelt je dat hij of zij iets nodig heeft van je, maar wat? Dat kan soms een hele zoektocht zijn! Je gaat het vaste rijtje af: een schone luier, wat te drinken, een aai over zijn of haar hoofdje of je biedt je kindje een andere manier van troost. Het is fijn als je kindje zich laat troosten. Soms is een kindje lastig te troosten, dit komt vaak in fases. Je hart breekt en het kan je zelfs frustreren. Vaak speur je allerlei bronnen af op zoek naar informatie of nog beter: tips die hopelijk helpen. In deze folder lees je meer over huilgedrag van een baby en deze geeft je hopelijk inzicht in wat kan helpen voor jullie.
Kraamtranen en postpartumdepressie
Na de bevalling breekt een spannende en vaak onzekere periode aan, met allemaal nieuwe gebeurtenissen. En ja, vaak ook minder slaap. De meeste vrouwen hebben ongeveer vier dagen na de bevalling een dip welke veroorzaakt wordt door een combinatie van onrustige nachten en bijbehorend slaapgebrek, zere borsten, eventuele pijnlijke hechtingen en natuurlijk door alle hormonen. Daar zijn ze dan, de kraamtranen! Het lucht op om eens lekker uit te huilen en soms zijn het tranen van geluk.
Dit is een volkomen normale reactie en meestal gaat het na een paar dagen gewoon weer over.
Het kan echter ook zijn dat dit gevoel maandenlang aanhoudt. Soms kom je er maar niet uit en blijf je je neerslachtig voelen. Dit wordt postnatale (PND) of postpartumdepressie (PPD) genoemd en komt ongeveer bij 10% van de vrouwen voor. De symptomen van een PPD zijn: moeilijk in slaap komen, slecht slapen, vermoeidheid, prikkelbaar, wisselende stemmingen, geheugenverlies, angstig zijn, apathisch of afwezig, lusteloosheid, gespannen en agressief, geen gevoel hebben voor je kind en jezelf overal schuldig over voelen. Doordat een PPD ontstaat door een combinatie van verschillende factoren, bestaat er geen standaardbehandeling die voor iedereen toepasbaar is. Bespreek met je huisarts hoe je je voelt. Om te voorkomen dat je een PPD krijgt, is het belangrijk dat je weet dat het bestaat, dat het iedereen kan overkomen en vooral: dat je op tijd aan de bel trekt bij aanhoudende neerslachtigheid!
Voor tips bij neerslachtige gevoelens of voor een depressie-test: kijk eens op deze website. Maak je je erge zorgen om jezelf, neem gratis contact op met 0800-0113 of chat met hen op 113.nl
Borstvoeding Kraamcontroles